Chris Keulen
Chez Nous: surrealisme van het alledaagse leven
>
In een voormalig schoolgebouw aan een rustig plein in Maastricht heeft Chris Keulen zijn atelier. Door de grote ramen valt laag zonlicht op de monumentale uitvergrotingen van zijn foto’s. “België is hier vrijwel om de hoek, op loopafstand,” is het eerste wat hij zegt als ik binnenkom. Keulen is een Limburger maar heeft altijd een tweeslachtig verhouding tot zijn geboortestreek gehad. “Qua observatie van het leven hier ben ik een misschien een Hollander maar qua gevoel blijf ik een Limburger.”
Keulen woonde jarenlang in de Randstad, maar keerde in 1993 terug naar zijn roots, omdat hij genoeg had van de dogmatische beoordelingsdrift van de Hollander. “In België heb je die calvinistische strengheid niet en dat geldt ook voor deze hele streek, de Euregio Maas-Rijn.”
Ik ben naar het verre zuiden afgereisd voor het nieuwe boek van Chris Keulen Chez Nous, dat in tegenstelling tot zijn eerdere werk zich nu eens niet afspeelt in Afrika, maar in zijn eigen achtertuin. “Mijn boek over Rwanda was pure fotojournalistiek. Achteraf vond ik het voor een deel beeldbevestigende ‘Afrika-fotografie’. Dat wilde ik corrigeren. Vanuit die gedachte ontstond mijn wielerproject. In 2000 ging ik naar Burkina Faso om de Tour du Faso, de belangrijkste Afrikaanse wielerwedstrijd te fotograferen. Ik ben vijf keer terug gegaan naar diverse landen, met het boek Hete glassplinters als resultaat. Mijn invalshoek was dat de Afrikaan iets van zijn eigen leven kon maken.”
Die persoonlijke invalshoek heeft Keulen in zijn latere werk voortgezet, waarmee hij het pad van de fotojournalistiek verliet en het veel ruimere terrein van de documentaire fotografie insloeg. “Waar ik steeds meer van doordrongen ben geraakt, is dat de wereld steeds weer anders in elkaar zit dan je aanvankelijk denkt. In de fotojournalistiek claim je objectiviteit die er niet is. Als je een verhaal kunt vertellen dat ook gelieerd is aan je eigen persoon kun je dieper gaan. In Chez Nous is dat gebeurd. Ik heb de Limburgse cultuur gekoppeld aan mezelf. Mijn verwondering over wat ik waarneem is belangrijker dan het morele gelijk. Fotojournalistiek legt meer uit, waardoor de kijker minder ruimte heeft om vragen te stellen. Bij de foto’s in Chez Nous blijven er juist vragen achter.”
In het boek vinden we foto’s met een ironie die doet denken aan Martin Parr, maar die zachter en liefdevoller is. Zo zien we een historische optocht van een legioen dwars door de aardappelvelden, een priester die een kelk leegdrinkt terwijl er een varkenskop voor het altaar ligt, straatmuzikanten en gehandicapten voor een friterie in een grauwe straat in Luik, een kermisvrouw met een speelgoedgeweer bij een kermis, een religieuze processie langs de korenvelden en een verveeld echtpaar in een somber café. Er blijken ook verwijzingen te zitten naar Joel Sternfeld, zoals de foto genomen van een hoog standpunt van een auto met een oververhitte motor. En als je naar de opmaak en de thematiek van het gehele boek kijkt zou je ook een vergelijking kunnen trekken met The Americans van Robert Frank.
De vergelijking met Frank verrast Keulen. “Ik ken het werk van Robert Frank goed maar het is voor het eerst dat iemand mij met hem vergelijkt. Ik probeer net als hij meerdere lagen aan te brengen in mijn fotografie. En er lopen vergelijkbare thema’s door dit boek heen, zoals de indeling van de openbare ruimte en de contradictie van de religieuze tradities en de moderniteit. Ik kijk vooral en stel vragen bij deze tijd en dat deed Frank ook in de jaren vijftig. In mijn beelden gaan de verschillende elementen een strijd met elkaar aan, waardoor er vragen ontstaan over wat je ziet. Ik voel me net als hem een subjectief documentair fotograaf.”
In de foto’s van Chez Nous zit een niet geringe dosis surrealisme, dat deels wordt veroorzaakt door de sfeer van het alledaagse leven van de Euregio, maar ook door de zienswijze van Chris Keulen. “Ja in mijn foto’s zit zeker surrealisme maar wel met warmte. Ik wil de condition humaine laten zien zonder bijtend te zijn, daardoor ontstaat er misschien een surrealistisch effect.”
Fotografen die eenmaal hun camera hebben gekozen praten niet graag over de techniek omdat die uiteraard van ondergeschikt belang is, maar het feit dat Keulen altijd met een Leica werkt versterkt de vergelijking met Robert Frank. “Voor mij is techniek niet belangrijk. Ik fotografeer intuïtief. Als ik iets zie loop ik erop af en met een klein aantal opnamen heb ik wat ik wil. Dat kan wel beter met een kleinbeeld Leica dan met een grote onhandelbare camera.”
In Chez Nous is de werkwijze van Chris Keulen tot een eigenzinnige en persoonlijk hoogtepunt gekomen. Zijn eigen leefomgeving laat hij zien met zelfspot, ironie en een haarfijn gevoel voor de dunne laag die cultuur heet. Daarom heeft het boek niet alleen zijn geboortegrond tot onderwerp, maar ook de Europese beschaving in het algemeen. Bij het zien van de foto’s kan de kijker zich afvragen wat er over is van de wereld na twintig eeuwen Christelijke beschaving. Zijn wij hier aangeland?
“Wat ik vooral wil bereiken is dat de kijker geprikkeld wordt. Doordat er geen eenduidige verklaring van mijn beelden is, gaat hij hopelijk nadenken over zijn eigen positie. Hoe interpreteert hij de foto’s die hij ziet? Het zou mooi zijn wanneer de kijker zijn eigen oordeel en ook zijn kijkgedrag gaat herijken. Er zit wel degelijk cultuurkritiek in, maar die is niet vormend of stichtelijk bedoeld. Ik stel de vraag: hoe proberen wij iets van het leven te maken? In mijn boek laat ik zien dat wij ook maar wat proberen. Wij zijn niet ‘hoger’ aangeland dan de Afrikaan. Chez Nous is in wezen een spiegel van de Europese cultuur. Niet voor niets is het woord Nous op de cover in spiegelbeeld afgedrukt.”
2013-12-18
'Chez Nous' (160 pagina’s, 71 foto’s in kleur, formaat 370x255mm (bijna A3liggend), oplage 1500, ISBN 978-90-78213-11-6) bevat een essay van de Waalse curator Emmanuel d’Autreppe en kost € 45,00. Chez Nous is te koop in de boekhandel of te bestellen via www.chriskeulen.com