Dana Lixenberg

Imperial Courts: over het leven in het gelijknamige getto in Los Angeles

>

Imperial Courts kun je het levenswerk van Dana Lixenberg noemen. Het is een documentair project over het leven in het gelijknamige getto in Los Angeles, met een serie zwartwit portretten van de overwegend zwarte bewoners, maar ook met omgevingsbeelden, een videoinstallatie en een webdocumentaire.

In 1992 ging Dana Lixenberg voor het eerst naar Los Angeles om voor het blad Vrij Nederland een reportage te maken over de wederopbouw na de raciale rellen die er geweest waren. Ze besloot later terug te gaan en contact te zoeken met de gangmember, tevens vredestichter en de godfather van de gemeenschap, Tony Bogard. “Na een pittig gesprek over mijn intenties gaf hij mij toestemming om in zijn wijk te fotograferen, maar hij had het idee dat de bewoners niet graag op de foto wilden. Hij vroeg mij ook wat zij aan het project zouden hebben. Daar had ik geen duidelijk antwoord op. Ik kon alleen maar laten zien hoe ik werkte. Ik had gezien dat de sensationele media de buurt in 1993 had gestigmatiseerd. Het werd in die tijd als een soort warzone neergezet, alsof er elk moment weer rellen zouden uitbreken. Ik wilde de bewoners niet als gangsters neerzetten. Ik wilde juist hele rustige, bijna saaie portretten maken.” Zo maakte ze in 1993 binnen drie weken haar eerste portretten. Het werk werd gepubliceerd in het blad Vibe en vormde zo de vliegende start van haar carrière. Ze hield contact met de gemeenschap en tijdens haar bezoeken aan Los Angeles bemerkte ze dat de reactie van de bewoners op de foto’s steeds krachtiger en emotioneler werd. Daarom besloot Lixenberg om in 2008 een vervolg te maken op de eerste serie en dat een aantal jaren, tot 2015, vol te houden. “Ik was oorspronkelijk niet van plan om opnieuw foto’s te maken, want ik vond dat mijn serie van 1993 op zichzelf stond. Maar je wordt ouder en dan ga je terugkijken. Ik realiseerde me al snel dat ik de tijd moest nemen en dat ik vaker moest terugkomen om het project inhoudelijk uit te breiden. Daarbij werd ik me meer bewust van de betekenis van fotografie als document.” Lixenberg vond het heel ontroerend om sommige mensen jaren later weer te zien en hun veranderingen waar te nemen. “Ik vond het interessant om te zien hoe mensen ouder werden. Mensenlevens gaan door maar de sociale condities blijven hetzelfde. Het is nog steeds een getto met zeer beperkte toekomstperspectieven.” Ze keerde acht keer terug en maakte in mei dit jaar de laatste foto’s.

Als je de uiterst meditatieve portretten van de bewoners bekijkt, valt de integriteit en de open blik op die Lixenberg bij haar werk heeft betracht. Je kijkt in de ziel van mensen die door hun afkomst en geschiedenis in een sfeer van afzondering zijn beland. Ze stralen trots, maar ook een zekere gelatenheid uit, alsof ze zich erbij hebben neergelegd dat hun leven geen betere wending zal krijgen. Maar nergens verdwijnt de eigenwaarde van de geportretteerden achter het stigma die ze opgelegd hebben gekregen. Voor Lixenberg is Imperial Courts geen bewijsstuk voor sociaal onrecht. “De onderliggende context van mijn serie is discriminatie, de sociale segregatie en de raciale ongelijkheid, vooral in het rechtssysteem. Ik ben zeer geëngageerd in de onderwerpen die ik fotografeer, maar ik ben geen activist. Ik wil de mensen van Imperial Courts niet alleen als voorbeeld van onrecht gebruiken. Mijn portretten van de bewoners moeten als beelden op zichzelf kunnen staan. De portretten moeten ook een universele waarde kunnen krijgen en buiten de context van de serie een eigen verhaal kunnen vertellen. Het rechtssysteem is schrijnend. De meerderheid van de jongeren heeft in de gevangenis gezeten of zit er nu in. De raciale onrechtvaardigheid houdt me heel erg bezig, maar ik wil niet dat mensen die ik fotografeer alleen maar gedefinieerd worden door hun sociale omstandigheden, want dan frame je de mensen op een hele beperkte manier.”

Naast de portretten heeft Lixenberg ook foto’s van de omgeving gemaakt, waardoor je kunt zien hoe eenvoudig de woningen zijn en hoe dicht de mensen op elkaar wonen. Ze heeft ook video geschoten, niet in de journalistieke stijl met interviews maar in de vorm van zeer verstilde beelden zonder tekst. “Video is voor mij een grote stap in het project. Om dezelfde stilte te behouden als in mijn portretten heb ik heel veel op statief geschoten. Ik heb ook geleerd om niet van die korte shots te maken maar langer door te filmen. Het is juist interessant om te kijken wat er dan gebeurt, dan geeft je de scene een kans zich te ontwikkelen. Ik wilde ook niet gaan snijden in de scenes, waardoor de tijd een autonome rol kan gaan spelen. Ik heb me niet aan een narratieve benadering gehouden maar gewoon mijn gevoel gevolgd.” De video’s die op drie schermen simultaan bij de tentoonstelling gaan draaien, lijken meer bewegende foto’s en worden ondersteund door soundtracks van de buurt, zoals de ruis van de snelwegen, overvliegende politiehelikopters en de belgeluiden van de ijscoman. “Ik heb geprobeerd om beeld en geluid op een poëtische manier met elkaar te verbinden, zodat je op een bijna meditatieve manier wordt meegezogen in de buurt.”
Er is ook een webdocumentaire, die Lixenberg heeft gemaakt in samenwerking met Eefje Blankevoort, waarop de bewoners zelf hun eigen materiaal kunnen toevoegen. Op de webdocumentaire kun je naast de portretten ook verhalen bekijken, onderverdeeld in verschillende hoofdstukken. “Fotografie, video en de webdoc zijn verschillende uitingsvormen van dit project, waarbij de webdoc vooral een platvorm voor de gemeenschap kan worden.”

Lixenberg heeft al haar portretten op 4x5 inch geschoten, een keuze die ze meteen in 1993 maakte. Met de analoge grootformaat camera heeft zij haar stem als fotograaf gevonden. “Tijdens het fotograferen komen zoveel prikkels binnen, dat ik het fijn vind om met mijn blik en aandacht als het ware in te zoomen en langzaam te werken. De grootformaat camera vereist een grote concentratie. Je gaat allerlei kleine details zien die je anders zouden ontgaan.” Op de portretten van Imperial Courts zie je dat mensen wel vaak een stoere houding aannemen maar daardoorheen sijpelt steeds hun kwetsbaarheid. “Ik zoek altijd naar het moment waarop iemand authentiek voelt. Als er ontspanning in de blik is, wordt iedereen veel mooier. Ik zeg altijd tegen de mensen: je hoeft niet te lachen, maar ook niet per se serieus te kijken. Ik zoek naar een blik die rust uitstraalt. Daarnaast heb ik alleen maar natuurlijk licht gebruikt, omdat ik dat het beste bij deze serie vond passen. Daarbij gaan donkere huiden als snel glimmen met flitslicht. Door gebruik van een beperkte scherptediepte krijg ik mensen los van de omgeving. ”
De verstilde portretten van de Imperial Courts geven de bewoners van de wijk een gezicht en een identiteit. Je voelt de onderlinge verbondenheid en hun gedeelde maatschappelijke positie. Lixenberg presenteerde haar boek onlangs aan de gemeenschap tijdens een feestelijke barbecue, waarbij de bewoners het boek omarmden. Het boek documenteert de geschiedenis van de buurt en is ook onderdeel van die geschiedenis geworden. “Ik hoop dat het project hun iets waardevols heeft gebracht. Het heeft ook zeker mijn eigen leven verrijkt. Veel van de mensen die ik daar door de jaren heen heb ontmoet zijn voor mij heel inspirerend geweest. Ik voel een sterke connectie met de buurt. Alles wat zij hebben meegemaakt geeft hen ook innerlijke kracht en draagt bij tot wie zij zijn. Het is een hele hechte gemeenschap. Hun verhalen en mijn tijd daar hebben mij misschien meer inzicht in het leven gegeven dan sommige van de grote journalistieke thema’s.”

Boek: Imperial Courts, 1993-2015, Roma Publishers, 24x31 cm, € 60,-
Webdocumentaire